Noorbeek
Noorbeek is in april 2018 uitgeroepen tot het eerste Icoonlandschap van Nederland.
Ontstaan
Het dorp Noorbeek was vroeger een zelfstandige gemeente; de eerste die in september 1944 werd bevrijd. Het dorp ligt in het dal van de Noor, een beek die er ook ontspringt en in België uitmondt in de Voer.
Het dal is een ideale woonplek waar al in het jaar 1.000 n.Chr. een kerk lag, waarvan de resten onder de huidige kerk liggen. Daarnaast was er in de Twaalfde Eeuw een klooster van waaruit boerenhoven werden gesticht en waar de ontginning in het Noorbeekdal en de hellingen daaraan grenzend ter hand werden genomen.
Sint Brigida, de patroonheilige voor het vee die in dit dorp aan de kerk, kapel en diep gewortelde tradities verbonden is, wordt reeds vermeld in het brons van een kerkklok uit 1528.
Tradities
In één van de belangrijkste tradities van Noorbeek wordt er sinds 1634 elke tweede zaterdag na Pasen een den gehaald uit het Bovenste bos. Na zegening door de priester hakken de ongetrouwde jongens uit het dorp de den om, slepen hem het bos uit en brengen hem op een kar getrokken door tientallen versierde paarden naar het dorp, alwaar de getrouwde mannen de den tegen de Sint Brigida-kapel rechtop zetten. Een zeer nauwgezet karwei dat met de plaatsing van schragen zelden vóór middernacht klaar is. Dit gebruik, niet te verwarren met de meiboom, vindt slechts in enkele Limburgse kerkdorpen plaats, maar nergens anders ter ere van Sint Brigida. Deze van oorsprong Ierse patroonheilige heeft overigens vanaf 1634 dit dorp gevrijwaard van veesterfte als gevolg van epidemieën, dus enige dankbaarheid door haar jaarlijks een den te schenken is op z’n plaats. Het Denhalen is inmiddels erkend als Nederlands immaterieel erfgoed.
De derde zondag na Pinksteren is het weer raak, dan vindt een minstens zo indrukwekkende gebeurtenis plaats waarbij met gepaste trots de relikwieën van de parochiekerk naar buiten worden gedragen en in een plechtige processie door alle, van oudsher tot Noorbeek behorende, gehuchten wordt gevoerd. Onderweg wordt gezongen en bij altaren gebeden. De schutterij, harmonie en vele dorpelingen vormen de stoet. De gehele route is van tevoren versierd met bloemblaadjes en beeltenissen van avondmaalkelken en monstransen en wat meer dat bijdraagt aan de devotie die deze voor Nederlandse begrippen unieke processie van begin tot het eind kenmerkt.
Het koningsvogelschieten in Noorbeek vindt traditiegetrouw plaats in het gehuchtje Wesch, pal tegenover de Sint Brigida-bron, waar de beek de Noor uit een wand van mergel ontspringt. De schutterij, hoe kan het ook anders, draagt ook de naam van dezelfde heilige. Anders dan Koningsvogelschieten doet verwachten, tracht de Koning drie jaar op rij het laatste beslissende schot te lossen, om zo de nog veel eervollere titel van Keizer te mogen voeren en zal de heersend Keizer zijn titel trachten te verdedigen. Tezamen met de schutterij versterken de vele andere verenigingen in het dorp elkaars activiteiten. Buiten het dorp studerende of reeds verhuisde dorpsgenoten keren voor de feesten trouw terug naar familie en vrienden in Noorbeek, hetgeen vrijwel een vanzelfsprekendheid is.
Ook de jeugd in het dorp heeft zijn verenigingen. Zij halen een kleine den die ze zelf het dorp in trekken. Tradities worden al jong met de paplepel ingegeven.
Een bezoek aan het dorp ten tijde van een van de feesten laat een onvergetelijke indruk na.
Bebouwing
De bebouwing in de dorpskern en gehuchten ademt een streekeigen karakter, met lokale bouwmaterialen zoals vuursteen, mergel en vakwerk. De naoorlogse bebouwing in het dorp heeft qua uitstraling rigoureus gebroken met traditie en streekeigenheid en zou overal in Nederland kunnen staan, en is derhalve geen beschermd dorpsgezicht en buiten de begrenzing van het Icoonlandschap gelaten.
Landschap
Het cultuurhistorisch landschap van Noorbeek is met zijn diep uitgesleten holle wegen en terrassen op een aantal plekken al sinds de Middeleeuwen onveranderd. De kleinschalige landschappen worden zorgvuldig beheerd, soms zelfs met behulp van oude koeien- en schapenrassen. Door de later ontstane paardenhouderijen is het landschap verrijkt met kilometers nieuwe hagen die diepte geven aan de talrijke panorama’s. De graften, hagen en hoogstamboomgaarden stofferen het landschap en herbergen een rijk planten- en dierenleven.
Flora en fauna
In Noorbeek zijn nog steenuiltjes die tegen elkaar inroepen en vroedmeesterpadden die je tot aan de dorpsrand kunt horen fluiten. De aan elkaar geregen bossen en landschapselementen vormen een aaneengesloten netwerk. Hierdoor kon de wilde kat terugkeren en zijn ook de kansen op het weerzien van de hazelmuis en de nog zeldzamere eikelmuis verbeterd. In dit gebied groeien en bloeien nog echte sleutelbloemen en zijn ontmoetingen met reeën, wilde zwijnen, dassen, vossen, marters en bunzingen nog gewoon. Met wat meer nadruk op de inrichting van akkerranden zullen ook de kansen voor patrijs en kwartel toenemen.
Aangrenzend België kan hier niet onvermeld blijven. Hoewel Icoonlandschappen binnen Nederland worden aangewezen moet gezegd dat met name het terrassenlandschap direct ten noorden van St-Maartens-Voeren en het landgoed behorend bij het kasteel Altembrouck eenzelfde kwaliteit aan landschap- en natuurschoon bieden, waardoor het gebied ontegenzeggelijk groter is dan grenzen door deling doen vermoeden.